Wim Lagendaal
13-4-1909 Rotterdam
6-3-1987
clubs: |
|
Xerxes Rotterdam, VOC Rotterdam |
interlands: |
|
15 x 1930 t/m 1935 |
Met zijn lengte van 1,98 meter was Wim Lagendaal, met de even lange doelman Adri van Male, een van de Rotterdamse reuzen in het Nederlands elftal. Zijn hoogtepunt in het oranje shirt vormde het kwartet doelpunten uit 1932 tegen België, de 1-4 in Antwerpen was de eerste 'echte' overwinning op België na de Eerste Wereldoorlog.
Een recordaantal Nederlandse fans, tienduizend, was meegereisd. Lagendaal, een koele afwerker met een hard schot en een sterk hoofd, had het die dag werkelijk op de heupen. Hij glipte voortdurend met grote stappen langs zijn tegenstanders Nouwens en Heremans.
Lagendaal kwam met zijn vier goals tegen België op een fenomenaal gemiddelde. In zijn eerste zeven interlands scoorde hij twaalf maal; de acht duels daarna nog maar een keer. Hij was 'de honderdduizend of een niet'. Hij had vurige bewonderaars en opposanten, die hem te langzaam en te weinig actief vonden.
Lagendaal werd gezien als een oorlogsheld. Faas Wilkes was van mening dat hij het leven te danken had aan zijn clubgenoot. Lagendaal was personeelschef van de Rotterdamse politie. Hij wist het totale elftal van Xerxes op papier tot hulppolitie te maken. Wilkes en de zijnen kregen een ausweis. ‘De Duitsers raakten ons daardoor niet aan. ’Wilkes werd aldus beschermd voor zijn onstuimige levenswijze. ‘Achteraf denk ik: zonder Lagendaal was ik er misschien niet meer geweest.’ Lagendaal sleet zijn nadagen bij het elitaire VOC. Hij was overtuigd amateur en hield niet van de sfeer van betaald voetbal.