Henk Schijvenaar
31-5-1918
17-9-1996
clubs: |
|
EDO Haarlem |
interlands: |
|
18 x 1947 t/m 1951 |
Schijvenaar behoort samen met Joop Odenthal en Cor Wilders tot de enige sporters die zowel voor het Nederlands voetbalteam als het Nederlands honkbalteam uitkwam. Schijvenaar kwam uit als voetballer en honkballer voor de sportvereniging EDO uit Haarlem.
In het Antwerpse hotel van het Nederlands elftal werd die avond, 3 mei 1947, tot in de nacht gekaart. Zoals altijd. Waarom ook vroeg naar bed als je dat anders ook niet deed? In een hoekje van de bar stonden drie spelers bij elkaar: Faas Wilkes, Arie de Vroet, Piet Kraak. Het ging over de wedstrijd van de volgende dag, tegen Belgie. Henk van de Linden, de back van Ajax, was geblesseerd. Henk Herberts van de Keuze Commissie had al laten weten dat wat hem betrof Miel Vos van Quick moest invallen. En dus niet Henk Schijvenaar, die tien jaar eerder voor het eerst was gekozen in de selectie van Oranje maar nog nooit een minuut interland voetbal was gegund sinds die tijd. Wilkes, De Vroet en Kraak dachten er anders over dan Herberts; zij kwamen naar Schijvenaar toe met goed nieuws: ‘Jij speelt morgen mee.’?
Henk Schijvenaar was een showman, maar ook een begaafde verdediger. Uiteindelijk. Hij begon als linksbinnen, was rechtsbinnen, linksbuiten en rechtsbuiten en ten slotte spil. Bij EDO tenminste. In het Nederlands elftal begon en eindigde hij als linksback. Links was hij ook wel iets beter dan rechts. Misschien had het van doen met zijn honkbaltijd. Schijvenaar behoort tot het elitaire groepje voetballers dat in meerdere sporten international is geweest. Hij speelde tien of twaalf keer in het Nederlands honkbalteam, zelf wist hij nooit precies hoe vaak. Bij het honkbal sloeg hij links, om op die manier sneller bij het eerste honk te zijn. Het scheelde drie meter, had hij eens uitgerekend.
Beroemd werd Schijvenaar toen hij z’n been brak. Zijn neus brak hij meer dan eens, zonder dat er veel ophef over gemaakt werd. Die beenbreuk wekte evenwel nationale interesse. Hij kreeg wel vijfhonderd brieven en telegrammen in het ziekenhuis nadat hij de Belg Jef Mermans was tegengekomen op het veld. Later werd uitgerekend dat Mermans in zijn carrière liefst vier tegenstanders het been had gebroken.
Henk Schijvenaar wist ook naderhand niet hoe hij eigenlijk bij Oranje verzeild was geraakt. 'Nu, met al die fijne jeugdelftallen, groei je naar de top. In mijn tijd was je er. Of niet. Maar we moesten wel lang wachten. Bijna een hele voetballoopbaan. Ik weet niet of de club mij had voorgedragen. Want zo ging dat in die jaren. De club had ook een stem. Er zijn wel spelers weggehouden omdat ze een 'verkeerde mentaliteit' hadden