Hans Boskamp (Holscher)
7-5-1932 Rotterdam
22-3-2011
clubs: |
|
Ajax Amsterdam, DWS/A Amsterdam |
interlands: |
|
4 x 1952 t/m 1954 |
International nummer 335 staat in de KNVB-boeken vermeld als J.H.G. Boskamp. In werkelijkheid gaat het om Hans Holscher. Toen hij zich, kort na de verhuizing van Rotterdam naar Amsterdam, als jongen van tien jaar aanmeldde bij Ajax, gebruikte de kleine Hans al de toneelnaam van zijn vermaarde vader Johan Boskamp.
In 1960 werd hij acteur. Hij heeft een aantal voorstellingen met zijn vader gespeeld in het bekende toneelstuk Potasch en Perlemoer, toen de vaste hoofdrolspeler Johan Kaart zijn heup gebroken had. Het toneelstuk werd bovendien door Hans Boskamp geproduceerd. Ook heeft hij meegewerkt aan bekende films en televisieseries, zoals Floris, Sil de Strandjutter, Turks Fruit, Oppassen!!!, Ja zuster, nee zuster, De bende van hiernaast, Drie is teveel en Een fijn span. In 1994 vertolkte hij de rol van Vader Doolittle in de musical My Fair Lady.
In mei 2008 werd bekend dat Hans Boskamp ernstig ziek was; hij had de streptokokkenbacterie opgelopen.
Boskamp was ook als voetballer een creatieve jongen. ‘Schauspieler’ noemde bondscoach Elek Schwartz hem. Boskamp was van oorsprong linksbuiten, maar bij Ajax zette trainer Jack Reynolds de 18-jarige Boskamp linksback. Tot verdriet van Ajax koos hij in 1954 voor de profclub Amsterdam. In het Olympisch Stadion ging hij later mee in het fusieproduct DWS/A. Ook toen werd hij nog enkele keren geselecteerd voor Oranje, maar aan spelen kwam hij nooit meer toe.
In 1957 werd even gevreesd voor zijn leven toen hij tijdens DWS/A-MVV in botsing kwam met Jo Toennaer. Een oogkas was verbrijzeld en botsplinters zaten tot op enkele millimeters van zijn hersenen. Drie maanden later voetbalde Boskamp weer.
Boskamp vertelde altijd dat hij de record-reserve van het Nederlands elftal was. In totaal zelfs 48 keer. Bij zijn jubileum in 1960 te Praag - voor de veertigste keer reserve - werd in het Yalta-hotel zelfs een feestje georganiseerd. In werkelijkheid was Boskamp welgeteld zeven keer reserve bij Oranje: drie maal in 1954, twee maal in 1956 en twee maal in 1960. In zijn flamboyante leven had de Barlaeus-gymnasiast uiteenlopende beroepen als kastelein, semi-beroepsvoetballer, hoekman op de Amsterdamse beurs, zanger, acteur en adjunct-directeur van de platenmaatschappij Bovema.