Faas Wilkes
13-10-1923
15-8-2006
clubs: |
|
HION Rotterdam, Xerxes Rotterdam, Internazionale Milaan, Valencia, Levante, VVV Venlo, Fortuna 54 Geleen |
interlands: |
|
38 x 1946 t/m 1961 |
Faas Wilkes moest van jongs af aan meubelmaker worden om samen met zijn broer het transportbedrijf van zijn vader en oom, verhuizertje Fa. Wilkes & Zoonen (later genaamd A. Wilkes en Zoonen) over te nemen. De verhuizerij was toch niet zijn roeping en op 14 april 1941 debuteerde hij bij Xerxes op 17-jarige leeftijd tegen CVV (6-0). In die tijd kende de Nederlandse voetbalwereld geen profs, maar Wilkes wilde toch met voetballen zijn geld verdienen. Wilkes en zijn broer Leen die doelman was bij XerXes verhuisden naar MVV in ruil voor twee Bedford vrachtwagens. In de amateurvoetbalwereld van toen was dat een schande en Wilkes kreeg een speelverbod opgelegd van een jaar. Wilkes en zijn broer hebben hier toen van afgezien en dat seizoen speelde hij toch voor Xerxes.
Faas Wilkes zegt het met een glimlach. 'Kijk, ik was niet gek op geld, maar ik voelde me wel een artiest. Bij Xerxes had ik al afspraken met de penningmeester, dat die me weleens een vergoeding gaf als er veel publiek was geweest. Konden we lekker uit. Het zat in mij, om ervan te profiteren.'
In 1949 vertrekt hij zomaar naar het buitenland, naar Internazionale in Milaan. Wilkes wordt profvoetballer. Eigenlijk is Wilkes al een halve Italiaan voordat hij naar Inter gaat. Die superieure stijl van spelen, die uitstraling. Wilkes maakt indruk bij zijn allereerste verschijning in de wondertent van VUC in Den Haag, waar de Nederlands Elftal-club altijd verzamelt om te trainen en de preken van bobo’s als Karel Lotsy aan te horen. Het is de winter van 1945/46 als Oranje voor het eerst na de oorlog bij elkaar komt. Met debutant Wilkes van Xerxes. De gemiddelde international is in deze tijden van schaarste sober, donker gekleed. Niet Wilkes. Deze verschijnt in een fraaie, lichte overjas van uitmuntende stof.
Inter wordt een succes voor Wilkes, bijna drie jaar speelt hij er de pannen van het dak. Zijn laatste seizoen wordt wel een beetje verpest door een knieblessure. Torino neemt hem over, Wilkes blijkt inderdaad geopereerd te moeten worden. Na een jaar doet Torino de Nederlander dus maar weer van de hand. Wilkes later: 'Dat jaar heb ik wel het meeste verdiend in mijn carrière. Ik had al een deel van het geld van Inter ontvangen en ook Torino betaalde me.'
Vier jaar later kent zijn loopbaan een hoogtepunt. Faas Wilkes wordt 4 november 1959 topscorer van Oranje aller tijden in de laatste minuut van de interland tegen Noorwegen. De goal is een typische Wilkes-goal: hij passeert al dribbelend drie tegenstanders, komt aldoende vrij voor de keeper, maar wacht met afronden totdat hij ook de keeper is gepasseerd. Het is zijn 34ste goal in zijn 35ste interland in zijn 36ste levensjaar. Dribbelen, het is de grootste specialiteit van dit lid van het illustere trio Lenstra-Rijvers-Wilkes.
Later, in het eerste elftal van Xerxes, speelt hij nog even met zijn jeugdidool, Wim Lagendaal, oud-midvoor van het Nederlands elftal. Die begint trouwens ook meteen over het dribbelen van Wilkes. ‘Jij pingelt nogal he, dat moet je niet te veel doen, hoor. Wel de ballen zoveel mogelijk voor me vrijmaken.’ Het is dan 1940, de interlandloopbaan van Wilkes kan natuurlijk de eerste jaren niet beginnen. Het wordt nadien goedgemaakt door Faas die eigenlijk Servaas heet.
In 1946 is hij er na de oorlog meteen bij. Luxemburg - Nederland wordt 2-6, Wilkes maakt er vier. Nederland-België 6-3, Wilkes maakt er drie. België-Nederland 2-2, Wilkes maakt er twee. Drie interlands, negen goals, waar moet dat heen...? Faas Wilkes speelt uiteindelijk 38 interlands. 'Door de oorlog en mijn transfer naar Italia heb ik zeker 25 interlands gemist. Allicht dat ik dan ook wat meer goals had gemaakt al was ik geen typische goalgetter. Bergkamp, Ronaldo, dat zijn goalgetters. Ik ging er meer met de bal tussenuit, liet anderen scoren.'
Op latere leeftijd leerde het echtpaar Wilkes opera's waarderen. Voetballen deed hij na Levante nog bij VVV en Fortuna 54. Wilkes was al achtendertig toen hij Fortuna verliet voor zijn eerste liefde, Xerxes. Om af te bouwen. Trainer worden was geen optie. 'Voetbal was mijn beroep, niet mijn leven.'