Just Gobel
21-11-1891 Soerabaja (Ned Indie)
5-5-1984
clubs: |
|
Vitesse Arnhem |
interlands: |
|
22 x 1911 t/m 1919 |
Gobel begon in het seizoen 1908/09 in het derde elftal van Vitesse, een seizoen later speelde hij in het tweede van Vitesse en ook in het eerste, bij afwezigheid van vaste man H. Ras. Just Göbel groeide bij Vitesse, waar hij was gaan spelen op zijn zestiende, uit tot een groot keeper in de periode 1910-1922. Mede omdat zijn stijl afweek van andere keepers van toen. Göbel was namelijk de eerste keeper in Nederland die de bal niet probeerde weg te stompen of weg te trappen, maar juist te vangen. Het kwam mede door zijn grote lengte dat hij deze nieuwe stijl goed kon etaleren. Hij keepte klemvast en volgens velen ook erg stijlvol. Een andere techniek die hij in Nederland introduceerde was al vallend de bal van de voeten van de aanvaller plukken. Deze techniek werd al gebruikt op de Engelse velden. Göbel zelf had de techniek geleerd van de Engelse trainer Warburton bij de voetbalclub Hercules uit Utrecht.
Göbel speelde in 1909 voor het Oostelijke Elftal en had daar indruk gemaakt, waardoor hij het jaar erop debuteerde in het eerste van Vitesse. Op 19 maart 1911 was hij voor het eerst de keeper van het Nederlands elftal. In totaal zou hij 22 wedstrijden spelen voor het Nederlands elftal. Zijn beroemdste wedstrijd was die op Houtrust in Den Haag in 1913, toen hij met zijn reddingen een grote bijdrage leverde aan de eerste overwinning van Nederland op Engeland. Hij werd zowel in Nederland als daarbuiten erg geroemd, en werd diverse malen genoemd als beste keeper in Europa. Göbel zelf was altijd bescheiden en vond alle heisa om hem heen nogal overdreven.
Iedereen bleek Gobel te kennen als doelman, een enkeling begon zelfs nog over maart 1913. Zelf droeg de keeper niets bij aan zijn populariteit, reden waarom een interview met hem een curiosum bleef. Tot op hoge leeftijd bleef hij botweg weigeren met de pers te praten. De verslaggever die bij hem aanbelde in Salou, waar de 80-jarige de wintermaanden doorbracht, kwam niet verder dan een beleefde weigering: ‘Wat geweest, is voorbij, het was een fijne tijd, maar nu is alles lang geleden.’ Zelfs medewerking aan een foto weigerde de gepensioneerde kinderarts.
Tal van keren behoedde hij Oranje voor de nederlaag. Tijdens de Olympische Spelen van 1912 in Stockholm stopte hij kort voor tijd tegen Zweden, bij de stand 3-3, een strafschop. Nederland won alsnog in de verlenging. Marius Just Gobel kwam tot 22 interlands. Hij miste menige cap door de vijf oorlogsjaren waarin niet werd gespeeld, bovendien gaf hij rijkelijk vroeg de pijp aan Maarten, gedwongen overigens omdat hij bijziend werd. In Engeland werd hij op de schouders van het veld gedragen door het publiek dat mooi spel wel wist te waarderen. Een aanbod om meteen te blijven en prof te worden, sloeg hij af. Ondertussen studeerde hij in Utrecht medicijnen. In 1928 werd hij arts, vier jaar later doctor. Hij was enkele jaren eerste geneesheer aan het sanatorium Groot Blaricum, in 1938 vestigde hij zich als huisarts in Arnhem. Pas in 1960 legde Just Gobel zijn praktijk neer.