Vandaag deel 20 (door Geurt Rozendaal)
Duitsland-Nederland 17 november 1912
Er was een tijd dat winnen van Duitsland blijkbaar heel normaal was. Geen hysterische taferelen of overdreven koppen in de krant. Gewoon een mooie overwinning op onze oosterburen.
Op 17 november 1912 is het de 4e keer dat Nederland en Duitsland elkaar treffen. Dit keer in Leipzig, volgens de Duitse kranten omdat de Duitse voetbalbond een beetje beducht is voor de grote stroom Nederlandse supporters die altijd meereizen en hun ploeg hartstochtelijk aanmoedigden en dat de Hollanders in de voorafgaande wedstrijden hoofdzakelijk succes gehad hebben door het “Indianengehuil” van de Hollandsche supporters. Leipzig is toch wat verder weg van de grens met Nederland, dus de verwachting is dat er minder Hollanders deze verre reis zullen ondernemen. Maar deze verwachting komt niet helemaal uit want er gaan toch nog ruim 100 Nederlandse supporters mee. De eerste 2 ontmoetingen werden door Nederland gewonnen met 4-2 en 1-2, de laatste wedstrijd werd een gelijkspel 5-5, maar dit kwam mede door het weifelende vlaggen van de Nederlandse grensrechter bij 2 Duitse doelpunten en doordat een 5-3 voorsprong op het laatst uit handen werd gegeven. Met de kennis van nu weten we dat dit een van de kwaliteiten is van “Die Mannschaft”. De Duitsers schieten er wel één in eigen doel, dat is dan wel weer sportief. Dit laatste duel werd gespeeld in Zwolle op het veld van Z.A.C., niet uit te spreken als “ZAK” want dan tref je een aantal van de “Swolsche Malloten” in hun edele delen.
Als je naar de opstelling kijkt van die 17e november dan valt gelijk op dat er bijna niets terug valt te vinden van de traditionele verenigingen van heden. Geen spelers van Ajax, Feyenoord en PSV.
Ajax opgericht in 1900 heeft in 1911 de eerste international geleverd: Ge Fortgens, maar daar blijft het nog even bij, de eerste Feyenoorder (van 1908) zal pas in 1922 zijn debuut maken en PSV doet nog helemaal niet mee want die club zal pas een klein jaar later worden opgericht op 31 augustus 1913 met hun eerste international in 1926. Wie zijn dan de leveranciers? DFC(3x), UVV, HFC, HVV, UD, Quick (Den Haag), Haarlem en Sparta (natuurlijk Bok de Korver). Allen geen betaalde verenigingen (meer) en Sparta speelt op dit moment (nog) in de Jupiler League. In Duitsland hebben de clubs uit Karlsruhe een aantal jaren de dienst uitgemaakt en dat zie je ook terug in de opstelling, een aantal spelers van Karlsruher FV (3x) en Phönix Karlsruhe worden aangevuld met spelers van Viktoria 89 Berlin, Britannia Berlin, Sportfreunde Breslau, Altona 93, Sportfreunde Stuttgart en Hohenzollern Halle. Dat is wat anders dan HSV (van 1887), Schalke 04 (uiteraard van 1904) en Borussia Dortmund (van 1909). Maar bij beide elftallen is er één uitzondering: de keeper. Bij Nederland staat Just Göbel van Vitesse (van 1892 en huidige subtopper met kampioensaspiraties ) op doel en bij Duitsland wordt het doel verdedigd door Ludwig Höfmeister en die keept bij Bayern München ( opgericht 27 februari 1900, slechts 19 dagen eerder dan Ajax en de huidige Rekordmeister uit Zuid Duitsland)
Bij Nederland maakt Jur Haak (van Haarlem) een geweldig debuut en dat is ook in alle Duitse en Nederlandse kranten en bladen terug te vinden. Na de 0-1 door Mannes Francken en de Duitse gelijkmaker maakt hij ook nog eens een doelpunt in zijn eerste wedstrijd voor Oranje. Helaas zal hij na deze interland nog slechts één interland voor Nederland spelen tegen België in 1913. Hij raakt eerst geblesseerd, daarna krijgt Europa te maken met “La Grande Guerre” en kiest hij daarna (zoals zoveel jongeren in die tijd) voor een carrière en het avontuur in Nederlandsch-Indië. Nederland wint de wedstrijd uiteindelijk met 2-3, Duitland trekt de stand eerst weer gelijk waarna Mannes Francken het 3e doelpunt voor Nederland en zijn 2e maakt in de 74e minuut van de wedstrijd. Verder wordt er niet meer gescoord dus op naar de kleedkamer, douche en banket zou je zeggen maar de wedstrijd krijgt nog een vervelend staartje.
De wedstrijd zou eerst gespeeld worden op het middenterrein van de vlak naast gelegen wielerbaan.
Maar omdat dit veld meer weg heeft van een omgeploegd korenveld moest men uitwijken naar het
Platz Sportpark Gesellschaft. Ook hier houdt de kwaliteit van het veld niet over. Ook de inrichting was nog al primitief. Aan één van de lange zijden had men twee rijen stoelen aangebracht, daar achter was een natuurlijke verhoging voor de staanplaatsen. Voor de pers was er een sleperskar met enkele losse stoelen waarop met grote letters “Die Presse” was aangebracht. Geen overdekte tribune en een kleine Eretribune, vanaf deze tribune was het spel niet te volgen dus kozen de heren officials toch maar een plaats aan het veld. Hoeveel toeschouwers er waren was moeilijk te schatten, maar de kranten spraken later van 10.000. Maar in ieder geval veel te veel voor deze krappe accommodatie. In eerste instantie was het Duitse publiek vrij rustig maar naarmate de wedstrijd vorderde gingen de toeschouwers steeds meer reageren op de beslissingen van de Hongaarse scheidsrechter de heer Herczog. Voornamelijk bij de duels waarbij door Nederland op de bal werd gespeeld maar waar in de ogen van het publiek meer de man dan de bal werd gespeeld. De gemoederen liepen aardig op. Nadat de scheidsrechter voor het einde floot liep het publiek door het ontbreken van iedere vorm van afscheiding het veld op. Enkele heethoofden gingen verhaal halen bij de scheidsrechter. Gelukkig waren er ook Duitse supporters die in krachtige bewoordingen aangaven dat dit moest stoppen. Maar de grote en krachtige figuur van
Barend van Hemert, de reservekeeper van Nederland, was er voor nodig om de scheidsrechter te ontzetten uit deze benarde situatie en hem heelhuids van het veld te krijgen.
Bijlage:
Het programma voor het weekend. Ontvangst van de Nederlandse ploeg op vrijdag 15 november,
rondrit op zaterdag 16 november, banket/diner na de wedstrijd en vertrek op maandag 18 november.
Als extra bijlage een toegangsbewijs voor de wedstrijd.